mei 2012

Zinkende boot: ontbinding gerechtvaardigd?


Het komt tot een procedure. Het hof oordeelt dat de boot niet die eigenschappen bezat die A mocht verwachten.

 

Het hof overweegt dat de rechtsgevolgen van deze ‘non-conformiteit’ worden bepaald aan de hand van artikel 7:22 lid 2 BW jo. artikel 7:21 lid 3 BW. Het komt er op neer dat de consument-koper eerst de overeenkomst mag ontbinden:

 

  • indien blijkt dat herstel of vervanging van de boot onmogelijk is, of van B als verkoper niet kan worden gevergd;

 

  • of

 

  • indien B als verkoper tekort geschoten is om binnen een redelijke termijn en zonder ernstige overlast voor A tot herstel of vervanging over te gaan.

 

Het hof overweegt dat herstel van de boot onmogelijk was. De vraag of A herstel van de boot mocht weigeren werd door het hof bevestigend beantwoord. Dit gelet op de ernst van het gebrek.

 

Het hof oordeelt dat A het recht had om de koopovereenkomst te ontbinden.

 

De ontbinding heeft tot gevolg dat A de koopsom terugkrijgt en B de boot kan behouden.

 

(Gerechtshof ’s-Gravenhage 26 april 2011, LJN BQ3020)

Logo Klik Advocaten

Je wordt doorgestuurd

Je wordt doorgestuurd naar een andere pagina.